Holslag slaat een slag: universitaire massificatie onder vuur

Gepubliceerd op 26 november 2024 om 16:27

In de businesswereld heeft men de mond vol van durfkapitalisten. Maar mocht men ook over durfacademici kunnen spreken dan komen we zeker uit bij Jonathan Holslag. Niet alleen omdat hij met zijn lijst Durf burgemeester werd van Tienen, maar vooral omdat hij het aandurft een aantal heilige mantra’s van de academisch weldenkenden in vraag te stellen.

Em. prof. dr. Boudewijn Bouckaert

 

In een interview in De Morgen wijst hij op enkele negatieve effecten van het toenemende studentenaantal op het intellectuele niveau van universiteiten. Die stijging is een feit. In 2013-14 had Vlaanderen 108 745 studenten in hogescholen en universiteiten, in 2022-2023 125 704. Dat is een stijging met 22%! Daarvan zitten er 54% in hogescholen en 47% in universiteiten. Zoals in vele andere klachtenbrieven vanwege universitaire autoriteiten wijst Holslag erop dat de middelen qua personeel niet volgen, zodat de student-docent-ratio voortdurend verslechtert. Omdat het studentenaantal bepalend is voor de financiering, spitsen hogescholen en universiteiten zich toe op hogere rekrutering en ze doen dit vooral door de comfortzone van hun studenten te verhogen: meer aan het handje houden via monitoraat, gemakkelijkere examens, simpelere lessen, geen bijkomende eisen zoals boeken lezen (stel u voor), studenten niet opschrikken of wakker maken tijdens de les door hen een vraag te stellen enz. Massificatie en infantilisering gaan dus hand in hand.

'Democratie wordt niet geholpen door de creatie van een gediplomeerd proletariaat, dat door de lage kwaliteit van zijn opleiding geen overeenstemmende job vindt op de arbeidsmarkt'

 

Holslag zal van de academische goegemeente wel applaus krijgen voor het feit dat hij de verslechterende financiering van het hoger onderwijs aanklaagt. Dat is normaal. Iedereen vecht voor zijn eigen winkel.  Zijn kritiek op infantilisering en massificatie zal echter minder geapprecieerd worden. De dominante stelling onder academici, en ook bij vele beleidsmensen, is dat meer studenten in het hoger onderwijs altijd goed is, zowel voor de economie als voor de democratie. Voor de economie omdat hogere opleiding zou leiden tot hogere productiviteit in een kenniseconomie. Voor de democratie omdat hogere opleiding zou leiden tot meer mondige en kritische burgers.

De mantra ‘meer studenten is altijd goed’ wordt echter in twijfel getrokken door professor Remco Breuker, historicus, van de Universiteit Leiden. Volgens hem zou het aantal studenten aan de universiteit gerust met twee derden mogen dalen. Hij wijst erop dat de vereiste van een universitair diploma bij vele sollicitaties totaal overbodig is en dat vele beroepen evengoed kunnen ingevuld worden met een mbo of hbo-kwalificatie. Universiteiten zuigen grote massa’s bekwame jongeren weg van loopbanen in meer praktische beroepen, waardoor daar grote tekorten ontstaan.

Hopelijk triggert Holslags’ interview het debat over de wenselijkheid steeds meer jongeren naar de universiteiten te jagen. Het reële probleem van de verslechterende docent-student-ratio’s, resulterend in steeds hogere en intellectueel meer afstompende werklast voor docenten, kan ook opgelost worden door de toegangspoort voor de universiteiten wat meer op te trekken en maximumaantallen in te stellen voor de opleidingen. De mantra dat democratisch onderwijs automatisch staat voor meer, meer studenten klopt niet.  Democratie wordt niet geholpen door de creatie van een gediplomeerd proletariaat, dat door de lage kwaliteit van zijn opleiding geen overeenstemmende job vindt op de arbeidsmarkt. Democratie in het onderwijs betekent dat eliteonderwijs wordt vermeden en de toegang tot het onderwijs zo meritocratisch mogelijk verloopt.

Race to the bottom

Holslag kreeg uiteraard pogingen tot tegenwind. Een voor Holslag gedroomde kritiek kwam van Petra Van Brabandt. Gedroomd, omdat haar kritiek eigenlijk de stellingen van Holslag bevestigen. Met zo een criticasters heb je inderdaad geen supporters meer nodig. Zo verwijt ze Holslag dat hij mogelijk slachtoffer is van een tunnelvisie omdat hij zijn opleidingsonderdeel misschien zo belangrijk vindt dat hij geen oog heeft voor de totale werklast van de opleiding. Maar als elke docent in de opleiding de redenering van Petra Van Brabandt volgt en zegt ‘ik zal mijn eisen naar beneden bijstellen want die liggen bij anderen misschien te hoog’, dan leidt dit inderdaad naar een ‘race to the (intellectual) bottom’ en de infantilisering van de opleiding.

Niet gespeend van enige pathos neemt Van Brabandt het op voor de studente die in haar rust verstoord werd door Holslag die haar onaangekondigd (stel u voor) een vraag had durven stellen in het auditorium. Zij herinnert zich uit haar jeugd dat zij ook het slachtoffer was van een onaangekondigde vraagstelling en zij daardoor bevroor, bloedrood werd en dagenlang piekerde over haar sociale afgang. Komaan Petra: ‘If you cannot stand the (academic) heat ...’ Toen ik in het academiejaar 2005 lesgaf aan de Harvard Law School, volgde ik soms de lessen van mijn collega’s daar in het reguliere curriculum. Alle studenten moesten op een vaste plaats zitten en werden door de docent voortdurend onderworpen aan vraagstellingen. Slapen in de les onder invloed van een vorige wilde nacht in studentenpubs was er niet bij. ‘No safe space’ voor hen. Het zijn wel topjuristen die daar afstuderen.

 

Em. prof. dr. Boudewijn Bouckaert

Universiteit Gent

De auteur is kernlid van Hypatia